Sommige artsen vielen onterecht tussen de mazen van het net toen de minimum-activiteitsdrempels werden ingevoerd voor het sociaal statuut. Een ontwerp-KB, deze week goedgekeurd door het Verzekeringscomité, vist hen weer op. Een aantal van hen moet wel een schriftelijk bewijs leveren van hun aparte situatie. Marc Moens (Bvas) is alvast een tevreden man.

Eerder had de medicomut ook al het licht op groen gezet voor het ontwerp-KB. De norm van 25.000 euro omzet om recht te hebben op een sociaal statuut, kon immers moeilijk als absoluut gelden omdat er zich zowat 1.000 uitzonderingen aandienden.

Hoofdartsen, hygiënisten, diensthoofden

Uitzonderingen die zeker wel in meerderheid geregulariseerd mochten worden. Neem bijvoorbeeld hoofdartsen, wie werkt in een gespecialiseerd centrum of revalidatiecentrum en artsen-hygiënisten die uit de boot dreigden te vallen. Of al wie zijn prestaties zag aangerekend door een diensthoofd of onder een gegroepeerd niveau. Daaronder alleen al vallen enkele honderden artsen. De meesten kunnen worden geregulariseerd, zij het dat ze bijvoorbeeld een attest van de verantwoordelijke moeten indienen. Hoofdartsen en diensthoofden die ook functioneren in het ziekenhuismanagement kunnen eveneens worden geassimileerd, behalve dan uiteraard voor hun bestuursfunctie.

Rode Kruis

Dr. Moens pleitte ook voor het socaal statuut voor artsen in transfusiecentra. Ze werken misschien niet volgens prestaties, maar hun betaling hangt wel grotendeels af van het Riziv. Voor een bloedtransfusiecentrum wordt de prijs van het bloed immers door het Riziv terugbetaald. "Regel is dat wie direct of indirect via Rizivgeld bezoldigd wordt, recht heeft op een sociaal statuut", legt dokter Moens uit. "Zelfs al is de drempel van 25.000 euro prestaties via het Riziv niet te bewijzen. Zo passeerden toch ongeveer 870 dossiers de revue.”

Njet voor preventie en databeheerders

Niet iedereen met een dossier wordt klakkeloos een sociaal statuut toegekend. Wie werkt in de preventieve geneeskunde (Kind en Gezin, CLB, kankeropsporing, gezinsplanning...) komt niet in aanmerking. Evenmin wie eindeloopbaan is of bezig is met ziekenhuisactiviteiten die niet specifiek aan de ZIV gefactureerd worden. Denk aan artsen in een overwegend administratieve functie zoals databeheer.

En zo zijn er nog wel enkele functies waarvoor nu klare wijn geschonken wordt omdat ze niet in aanmerking komen voor het sociaal statuut: wie werkt in onderzoek, uitsluitend academisch aan de slag is, bedrijfsartsen, artsen in gerechtelijke geneeskunde en verzekeringsartsen, stagemeesters, gevangenisartsen, controleartsen... 

Bedoeling is dat, eens wanneer dit ontwerp KB aangenomen wordt, het met terugwerkende kracht in voege treedt op 1 januari 2017.