Dr. Donald Claeys, secretaris-generaal van het VBS, beschrijft in een annex bij het jaarverslag 2024 een droom waarin hij de uitdagingen en toekomst van de gezondheidszorg overdenkt. Hij ziet jonge studenten vol passie voor geneeskunde, maar geconfronteerd met barrières zoals de numerus clausus en strenge toelatingsexamens. Dat ontmoedigt velen en leidt tot een tekort aan artsen en specialisten. Een samenvatting.
“In mijn slaap zag ik eerst banken met jonge humaniorastudenten geboeid door lessen wetenschap en aangetrokken door mediabelangstelling, die graag hun studies zouden verderzetten om later een mooi en uitdagend beroep uit te oefenen, een beroepsactiviteit met een zekere meerwaarde voor de samenleving. Veel leren en iets doen met een absoluut gevoel van nuttig te zijn, dat te worden en ook te blijven. Motivatie genoeg, vastbesloten, maar ja wat doen we met die wiskunde, scheikunde en dat ingangsexamen geneeskunde met toetsen die ver afstaan van wat ons beroep later zal inhouden? Velen krijgen daardoor geen kans, jammer toch met die numerus clausus. Maar weg was hun droom.”
“Tijdens hun opleiding botsen geneeskundestudenten op een restrictief planningsmodel dat de toegang tot specialisaties beperkt. Voor het berekenen van de specialistenaantallen doen we een beroep op waarzeggers en/of op techneuten, zij moeten de noden aan specifieke bekwaamheid inschatten, twaalf jaar verder. Hierdoor blijven gemotiveerde afgestudeerden zonder perspectief achter. Het beleid richt zich op budgetcontrole en kortetermijndenken, zonder een duurzaam plan voor de medische toekomst.”
“Ik vrees dat we zes tot twaalf jaar verder zullen belanden in een gigantische crisis met een indrukwekkend tekort aan gezondheidswerkers en niet alleen aan verpleegkundigen. Een schrijnend tekort aan huisartsen en verpleegkundigen hebben we nu al, maar al die humaniorastudenten en de afgestudeerde studenten geneeskunde die we in de kou hebben laten staan met hun vurige ambitie om in de zorg te stappen, zullen we heel erg missen in bijna alle specialismen.”
We time
“In mijn nachtelijke fictie zie ik het atrium van een ziekenhuis waar een kluwen van artsen en zorgverstrekkers in witte en blauwe schorten met tientallen voorbij stuiven op zoek naar het werk en naar hun zelf. De “me time” die wordt dikwijls geclaimd door de startende collega’s is eerder “we time”. Iedereen dient zich immers aan te passen aan de moderne druk in de samenleving en het wordt nog veel erger. Laat ons daar veel begrip voor hebben."
"Ik zie hoe artsen-specialisten onderling en huisartsen harmonische samenwerkingen uitbouwen. Zij zullen elkaar moeten vinden, zelfs over de grenzen van ziekenhuizen of netwerken en hun belangen heen. Expertise kan binnen elk specialisme worden opgebouwd door elk zijn richting te bepalen en zich daarin verder te bekwamen. Door werken in groepsverband kan elk domein van het specialisme op hoog niveau worden verzekerd. De meest eenvoudige “up-to-date” komt immers door het onderling overleg met collega’s met een verwante bekwaming.”
Credentialing
“Een dynamisch kennisportfolio, ondersteund door credentialing, kan expertise en kwaliteit beter zichtbaar maken. Het gebruik van “credentialling” kan aan dit portfolio en de kennis die het aangeeft bewijskracht geven. Deze credentialling of certificatie kan door de PEERS uit wetenschappelijke organisaties, universiteiten en beroepsverenigingen worden aangeleverd. We kijken naar de omliggende landen en we werken eraan.”
“In mijn droom-Utopia heeft elke specialiteit-dienst een structuur met plannen voor innovatie, aantrekken nieuwe collega’s, kwaliteitsbewaking en outcome registratie als de kortste weg voor permanente verbetering.“
Gedeeltelijk verlost van de kost
“In 2027 word ik wakker. Waar staan we nu? De nomenclatuurhervorming heeft de punten en de komma’s verzet maar de implementatie is eigenlijk de neerslag van een pragmatische verandering in denken. De artsen komen los van een denkwijze die generaties zorgverstrekkers achtervolgt en hen dikwijls meer dan de vraag naar resultaat verplicht confronteert met “de kost van hun toegediende zorg”. Van die kost worden we nu gedeeltelijk verlost met de hervorming. Uiteraard is het middelenbeheer nog steeds hun verantwoordelijkheid maar hun kerntaak is en blijft doelmatige zorg voor elke individuele patiënt.”
"Patiëntgerichte zorg en overleg worden beter gewaardeerd en vergoed. Toch blijven er grote uitdagingen, zoals de stijgende medicatiekosten en de zorgwekkende tekorten aan zorgpersoneel."
“De dynamiek van planning en kwaliteitscontrole is stevig georganiseerd en vraagt normering. De steeds hogere druk in het ziekenhuis door het terugvallen op hoogbekwame en hoogtechnologische zorgverstrekking die er is samengebracht, vraagt belangrijke inspanningen om de continuïteit dag en nacht te verzekeren. De artsen die voor permanentie en beschikbaarheid uit hun comfortzone treden worden beter en adequaat beloond. Goed opletten wel of die dromen allemaal uitkomen!”
De generatie artsen gevestigd of nieuw is er klaar voor in 2027, nu nog wachten tot: “the proof of the pudding…”!
“Blij dat ik wakker werd, want andere gedachten kwamen naar boven. Vroege diagnostiek en betere preventie laten ons toe vele ernstige aandoeningen met beter resultaat aan te pakken. Jammer dat we weinig invloed hebben op de exploderende kost van medicatie en medical devices. Zelfs met meer rationeel gebruik zullen wij er niet in slagen om de exponentieel stijgende factuur van alle effectieve en revolutionaire geneesmiddelen te beheersen zoals in de oncologie.”
“Voldoende gemotiveerde mensen vinden die in de zorg willen stappen en honderden zoniet duizenden noden aanvullen wordt dramatisch, zelfs met een bijbehorende kostprijs. Hulp halen met zorgkundigen te ronselen uit landen die minder welstellend zijn, is de wereld op zijn kop. In hun land zijn ze immers prioritair nodig voor het in stand houden van hun reeds precair zorgniveau.”
“Ondertussen wordt gezondheidszorg ervaren als een last in de staatsbegroting, het zou nochtans eerder een doel moeten zijn. Geven we dan maar ons solidariteitsmodel op om de begroting van Defensie bij te sturen? Zullen alle betrokken partijen nu een geneeskunde met twee snelheden toelaten? Het merendeel van de artsen zal door de aard van hun engagement als laatste in de samenleving deze evolutie toelaten.”
“Gelukkig werd ik wakker…”
"De toekomst behoort aan hen die geloven in de schoonheid van hun dromen." – Eleanor Roosevelt
Laatste reacties
Rudy VAN DRIESSCHE
19 februari 2025Wij hebben in België meer huisartsen per 1000 inwoners dan in eender van de ons omgevende landen.
Dr. Rudi van Driessche