Farmaceut Janssen-Cilag heeft een aanvraag voor een voorwaardelijke markttoelating voor zijn coronavaccin aangevraagd. Dat heeft het Europese Geneesmiddelenagentschap gemeld. Het agentschap zou tegen midden maart een oordeel kunnen vellen indien de data over de doeltreffendheid en veiligheid van het vaccin voldoende uitgebreid en robuust zijn.
Het EMA zal de aanvraag van Janssen-Cilag volgens een versnelde procedure behandelen. Dat is mogelijk omdat het EMA via de zogenaamde rolling review-procedure al een tijdje inkijk heeft in gegevens over de ontwikkeling van het vaccin. Het agentschap hoopt midden maart een oordeel uit te spreken, op voorwaarde dat de ingediende data over de doeltreffendheid en veiligheid van het vaccin voldoende uitgebreid en robuust zijn.
Indien het EMA het vaccin een positieve beoordeling zou geven, dan kan de Europese Commissie een voorwaardelijke markttoelating verlenen. Janssen-Cilag, onderdeel van de Amerikaanse farmareus Johnson & Johnson, is het vierde bedrijf dat zo'n vergunning heeft gevraagd. Momenteel zijn al drie vaccins toegestaan op de Europese markt: die van Pfizer-BioNTech, Moderna en AstraZeneca. Daarnaast zijn er rolling review-procedures aan de gang rondom de vaccins van CureVac en Novavax.
De Commissie heeft vorig jaar een contract gesloten met Johnson & Johnson voor de aankoop van 200 miljoen doses, met een optie op nog eens 200 miljoen doses. België heeft er vijf miljoen besteld en wil het vaccin inzetten voor de grootschalige vaccinatie van de bredere bevolking.
Vorige maand bleek uit de resultaten van de fase 3-studies dat het vaccin 66 procent doeltreffend is tegen milde COVID-19-symptomen. De effectiviteit in de bescherming tegen ernstige vormen van de ziekte ligt globaal gezien echter op 85 procent, zo stelde het bedrijf. De evaluatie is bovendien gemaakt op basis van één inenting.