Vanaf vandaag kunt u het zogenaamde 'compendium' raadplegen bij de beknopte, herziene Code medische deontologie van de Orde. Dat compendium vormt een handige, diepgravende toelichting bij de eerder algemene Code die geen concrete richtlijnen voor specifieke situaties bevat.
De in 2018 vernieuwde Code van medische deontologie legt gedragsregels vast van goede praktijkuitoefening. Die gedragsregels zijn opgebouwd rond vier thema’s: professionaliteit, respect, integriteit en verantwoordelijkheid.
Hoewel de maatschappij steeds complexer wordt, is de Code van medische deontologie vrij beknopt, heet het in de inleiding tot het compendium met commentaar. "Voor een vlotte raadpleging is de structuur voor elk artikel identiek."
Er zijn telkens vijf rubrieken:
- algemene informatie (1),
- adviezen van de nationale raad (2),
- wettelijke bepalingen (3),
- documentatiebronnen (4)
- trefwoorden (5).
De commentaar is dynamisch. Hij zal in de loop der tijd waar nodig geactualiseerd worden. De meest recente versie vindt u op de website van de Orde.
Beroepsgeheim of hulpverleningsplicht?
Neem nu artikel 29 van de Code over de rol van de arts bij een vermoeden van mishandeling, misbruik, uitbuiting, belaging of verwaarlozing van een kwetsbare persoon. Een aloud twistpunt was dan of de arts in dat geval zijn beroepsgeheim kon schenden door dat geval te melden aan de procureur des Konings (wettelijke hulpverleningsplicht).
"Deze binaire aanpak, die beperkt is tot de vraag of de arts moet zwijgen of mag spreken, houdt geen rekening met de complexiteit van de werkelijkheid. Er zou moeten worden nagegaan welke andere mogelijke acties ondernomen kunnen worden om het vertrouwensklimaat dat de basis vormt van de relatie tussen de arts en de kwetsbare persoon te vrijwaren en om het zelfbeschikkingsrecht van de persoon te eerbiedigen", luidt het in de toelichting.
"Vanuit deontologische gezichtshoek is het raadzaam eerst andere dan repressieve initiatieven te bekijken en stapsgewijs te handelen alvorens het parket te verwittigen:
- de persoon in veiligheid brengen met alle mogelijke middelen;
- de gepaste zorg waarborgen volgens de vastgestelde mishandelingen;
- samen met de persoon bespreken of hij zelf initiatieven kan nemen;
- indien de persoon hierin toestemt een ter zake bevoegde zorgverlener raadplegen of een beroep doen op een multidisciplinaire structuur;
- nagaan of andere personen een gelijkaardig risico lopen.
Kan de arts de fysieke of psychische integriteit van de persoon niet zelf of met hulp van anderen kan beschermen, dan kan hij de situatie melden aan de procureur des Konings."
Als voorbeeld wordt verwezen naar het gemeenschappelijke initiatief dat in 2018 uitgewerkt werd tussen de Orde der artsen en de staatssecretaris voor armoedebestrijding en gelijke kansen om de strijd aan te binden met vrouwelijke genitale verminking.
Nog een voorbeeld? Laten we de recent toegenomen aandacht nemen voor de eigen gezondheid. Artikel 10 bepaalt dat artsen ernaar streven "een evenwicht te bewaren tussen hun beroepsactiviteiten en hun privéleven".
Het compendium stelt daarom een toelichting op dit principe voor, waarbij met name wordt verwezen naar zelfmedicatie in de medische wereld, de risico's op professionele uitputting of de plicht van de arts om het goede voorbeeld te geven (door een gezonde levenswijze).
Vervolgens wordt verwezen naar enkele tientallen adviezen over dit onderwerp, alvorens een beroep te doen op rechtsgrondslagen zoals de wet van 12/12/2010 over de duur van de arbeidstijd van artsen, kandidaat-artsen en stagiairs. Meer documentatie is ook nog te vinden in de Verklaring van Genève van de World Medical Association en bij het eigen initiatief van de Orde, Arts in Nood.