Nomenclatuuraanpassingen spoed, intensieve en VPK door Covid-crisis (ASGB)

De voorbije weken was er intens e-overleg tussen de artsenvertegenwoordigers, de ziekenhuizen, de mutualiteiten en het Riziv. Wegens de enorme impact van de Covid-19 crisis op de ziekenhuisactiviteit was er nood aan een aantal nomenclatuurmaatregelen, wat vandaag tot een beslissing geleid heeft.

Voor alle duidelijkheid: deze maatregelen komen naast het te verdelen thesaurievoorschot van 1 miljard dat de regering voorzag om liquiditeitsproblemen het hoofd te kunnen bieden. Ze hebben een impact op de diensten spoedgevallen, intensieve zorg en de COVID-verpleegafdelingen.

  • Voor de spoedgevallen worden geen nieuwe maatregelen voorzien, de huidige nomenclatuur volstaat.
  • Voor intensieve zorg worden de tijdsbeperkingen voor een aantal verstrekkingen in artikel 13A en 13B opgeschort. Daarvoor worden zes nieuwe codes gecreëerd. Sommige mogen ook worden aangerekend in de opgeschaalde bedden intensieve zorg die dagelijks aan de FOD Volksgezondheid moeten worden meegedeeld. Zelf had het ASGB liever de toezichthonoraria 211223/211245 uitgebreid gezien. Robert Rutsaert: "De belangrijkste aanpassing die wij gevraagd hadden, het uitbreiden van de toezichthonoraria (211223 en 211245) en kunstmatige beademing van artikel 13B tot de opgeschaalde intensieve bedden (die dagelijks bij de FOD moeten geregistreerd worden), wordt door het Riziv niet vermeld. In dat geval heeft het opschorten van de toepassingsregel art13,§25, 10° ook geen zin want die beperkt alleen het maximum aantal jaarlijkse aan te rekenen toezichtshonoraria tot de erkende intensieve bedden.We gaan er van uit dat het een vergetelheid betreft en dat nog een correctie volgt." "We blijven er ook op aandringen dat de diensten spoedgevallen en intensieve zorg die nu een aanzienlijk hogere omzet zullen realiseren zich er ook toe engageren om de ASO een billijke wachtvergoeding te garanderen. Wat ons betreft mogen de voorgestelde nomenclatuuraanpassingen daar aan gekoppeld worden."
  • Voor de verpleegafdelingen die als Covid-afdeling werden ingericht wordt een supplement op het gewone toezichthonorarium van € 28 per dag en per patiënt voorzien (597984: bijkomend honorarium voor toezicht op de in een ziekenhuis opgenomen rechthebbende Covid-19-patiënt, per dag; C 20 of Nx = €28. Dit honorarium voor toezicht kan per patiënt en per dag slechts één keer gecumuleerd worden met het gebruikelijke honorarium voor toezicht, maar niet door dezelfde arts die reeds het gebruikelijke honorarium voor toezicht aanrekent. De verstrekking 597984 kan aangerekend worden door ‘een arts-specialist’, dus ongeacht de discipline.

De nieuwe verstrekkingen zijn uitsluitend van toepassing op patiënten met bewezen Covid-19. Er wordt een nieuw pseudonomenclatuurnummer voorzien om deze patiënten te identificeren: 793800 - COVID-19-Patiënt (N 0).

A posteriori controle is mogelijk.

Er is geen remgeld op deze verstrekkingen.

De wijzigingen gaan retrograad in per 14 maart 2020 en duren tot wanneer het einde van deze crisis wordt afgekondigd.

In de loop van deze week wordt nog verder e-overleg gepleegd. Het ASGB dringt dus onder andere aan op een degelijke wachtvergoeding voor de ASO’s die zich inzetten op spoedgevallen en intensieve zorg en dat er voor alle ASO’s  loongarantie verstrekt wordt. Ook de problemen in de klinische biologie worden nog verder besproken.

> Alle details vindt u op de website van het Riziv.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.