Een genetische aanleg voor leverproblemen, een hepatitis B-infectie en zijn algemeen bekende voorliefde voor alcohol speelden een rol in de dood van Ludwig van Beethoven. Dat heeft een internationaal onderzoeksteam ontdekt. Om het genoom van de Duitse componist en pianist vast te leggen namen de wetenschappers verschillende haarlokken van de virtuoos onder de loep. De studie werd gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschift Current Biology.
Met de resultaten werpt het team, geleid door de Cambridge University, een licht op de gezondheidsproblemen van de Duitser. Beethoven stierf in 1827 op 56-jarige leeftijd in Wenen. Voor het onderzoek gebruikten de wetenschappers acht verschillende haarlokken uit zowel private als publieke collecties. Uiteindelijk stelden ze vast dat vijf lokken effectief van Beethoven kwamen.
Beethoven kreeg in zijn twintiger jaren te maken met gehoorverlies en werd uiteindelijk volledig doof in 1818, enkele jaren voor zijn dood. De wetenschappers konden voor de gehoorproblemen geen definitieve reden vinden. Wel ontdekten ze dat de muziekfanaat een genetische aanleg had voor leverproblemen en vonden ze aanwijzingen voor een hepatitis B-infectie in de maanden voor zijn overlijden.
Daarnaast heeft zijn hoge alcoholconsumptie Beethoven parten gespeeld, stelt hoofdonderzoeker Tristan Begg. "De meeste van zijn tijdgenoten beweren dat zijn consumptie naar negentiende-eeuwse Weense maatstaven nog matig was. Maar verschillende bronnen zijn het niet eens hierover. Waarschijnlijk gaat het om hoeveelheden alcohol die vandaag als erg schadelijk worden beschouwd voor de lever."
Volgens de onderzoekers is het bovendien onwaarschijnlijk dat coeliakie of lactose-intolerantie een verklaring vormen voor Beethovens maag- en darmklachten. Verder vonden ze ook geen genetische aanwijzingen voor het gehoorverlies. "Toch sluiten we dit scenario niet volledig uit", stelt Axel Schmidt van het universitair ziekenhuis van Bonn.
Het onderzoek wees ook op een geval van "extra paar vaderschap" via de vaderlijke lijn van Beethoven. Hiermee doelen ze op een buitenechtelijk kind. De onderzoekers situeren het bastaardkind ergens tussen de verwekking van Hendrik van Beethoven in het Vlaams-Brabantse Kampenhout rond 1572 en de verwekking van Ludwig van Beethoven zeven generaties later.