De voormalige Britse premier Boris Johnson erkent dat hij het parlement verkeerd heeft geïnformeerd over de zogenaamde 'partygate'-affaire. Hij ontkent echter ten stelligste de aantijging dat hij dat met opzet zou hebben gedaan. De bevoegde commissie kan geen bewijzen voorleggen dat hij het Lagerhuis bewust voorgelogen zou hebben. Dat zegt Johnson in een schriftelijke verdediging die dinsdag naar buiten werd gebracht.
'BoJo' verschijnt woensdag voor een parlementaire onderzoekscommissie. Hij moet er getuigen over de coronafeestjes in zijn ambtswoning Downing Street 10 tijdens de lockdown, waarbij verscheidene coronamaatregelen met voeten werden getreden. De kwestie is of Johnson in december 2021 als premier opzettelijk parlementariërs heeft misleid over de illegale feest en. Hij moest in de zomer van vorig jaar na ettelijke schandalen onder druk van zijn partij ontslag nemen.
Als uit het onderzoek zou blijken dat hij de 'Commons' heeft voorgelogen, zou hem dat zijn zetel als volksvertegenwoordiger kunnen kosten. Johnson zegt te "accepteren" dat het Lagerhuis door enkele van zijn uitspraken is misleid. Hij verontschuldigt zich daarvoor. Maar hij heeft op geen enkel moment iets willen verbergen, luidt het in de schriftelijke verdediging. "Ik heb altijd gezegd wat ik op dat tijdstip voor de waarheid hield." De ex-premier zegt niet te hebben kunnen weten wat het latere onderzoek naar de lockdownfeestjes aan het licht zou brengen.
Een tussentijds rapport van de onderzoekscommissie bracht Johnson al in nauwe schoentjes. Bewijzen tonen aan dat het voor de conservatieve politicus "duidelijk" had moeten zijn dat bij de illegale lockdownfeestjes in zijn ambtswoning coronaregels werden overtreden, luidde het toen.
Bedoeling is dat Johnson woensdag nog een mondelinge toelichting geeft.