Naar een efficiëntere Spoed met minder wachttijden voor patiënten. Dat is de doelstelling van een meerjarenplan in het Ziekenhuis Oost-Limburg (ZOL). Medisch directeur Martijn Grieten (foto) wil zo kwaliteit en veiligheid blijven verzekeren, diensthoofd Spoedgevallen Pieter Jan Van Asbroeck neemt de handschoen op.
Dr. Grieten wijst op het meerstappenverhaal dat Spoed tot nu kenmerkte: eerst een triage en vervolgens een verdere doorverwijzing naar een medische discipline (de betrokken aandoening). Dat leidde vaak tot tijdverlies. Vandaar dat dat model wordt omgegooid: nu zullen speciaal opgeleide urgentieartsen de behandeling van patiënten op Spoed verder afwerken. Dat is efficiënter, legt hij uit in het recentste nummer van het ZOL, Zolarium.
Minder zelfredzame patiënten
Ziekenhuizen kreunen vandaag onder de groeiende toestroom van patiënten. Dat heeft meerdere oorzaken zoals het bekende fenomeen dat de eerste lijn oververzadigd is. "Maar ook de zelfredzaamheid van de mensen is verminderd", duidt dr. Van Asbroeck. "Tegelijk ging de toegankelijkheid van specialisten in het ziekenhuis sterk achteruit", vult dr. Grieken aan. "Heel wat disciplines hebben te lange wachtlijsten, wat het oneigenlijk gebruik van Spoedgevallen aanzwengelt."
Vandaar dus de omschakeling met een grote bijdrage van urgentieartsen, wat niet wil zeggen dat de kruisbestuiving met andere specialismen nu verdwijnt. Bij therapeutische beslissingen (voor een nieuwe diagnose bijvoorbeeld) kan een arts van het betreffende specialisme nog altijd in consult gevraagd worden. Idem dito als huisartsen een patiënt naar een specifiek specialisme verwijzen. Dan verandert er niets.
De graduele opbouw naar het nieuwe model moet afgerond zijn tegen eind 2026. Om tegelijk de instroom van patiënten beter te beheersen, werd een mailadres in het leven geroepen voor patiënten met semi-dringende pathologie. Dr. Grieten: "Het gaat hierbij om patiënten die binnen de drie dagen gezien moeten worden. Zo hoeven zij zich niet aan te bieden op Spoed."
Niet onbelangrijk is ook dat enig wetgevend werk deze evolutie ondersteunt. "We vragen een bindend triagesysteem dat patiënten die niet op Spoedgevallen horen, verder doorverwijst. Op dit moment kan dat niet om medico-legale redenen", licht dr. Van Asbroeck toe.
Om alvast infrastructurele problemen het hoofd te bieden bij deze omschakeling, creëert het ZOL acht behandelboxen via een kleine verbouwing. Er zijn alvast gunstige voortekenen, want de wachttijden daalden al lichtjes ondanks de toenemende patiëntenaantallen.