Een arts dient niet enkel de best mogelijke zorg aan een patiënt te verlenen, maar evenzeer zoveel mogelijk diens autonomie te herstellen of te behouden. Dat inzicht is het resultaat van het doctoraatsonderzoek in de media- en communicatiestudies van Edgard Eeckman. Het verscheen nu gevulgariseerd in boekvorm onder de titel ‘Balanceren tussen macht en onmacht: Patient Empowerment als grondslag voor gelijkwaardigheid in de relatie patiënt-arts’.
Wie ziek wordt, wordt in mindere of meerdere mate afhankelijk van de arts en het controleverlies dat daarvan het gevolg is, kan nog zieker maken en/of weerstand oproepen onder de vorm van frustratie, woede en de communicatieve uitingen ervan op bijvoorbeeld een internetblog. Die afhankelijkheid creëert afhankelijkheidsmacht.
De afhankelijkheid is niet te vermijden. De wettelijke macht die het artsenberoep kenmerkt, blijft bijvoorbeeld bestaan, het internet als bron van gezondheidsinformatie en de mondigheid van patiënten ten spijt. Een arts is immers de enige die wettelijk kan zeggen welke ziekte iemand heeft en ziekteverlof kan voorschrijven. Voor een geneesmiddel dat voorschriftplichtig is, zal een patiënt altijd bij een arts moeten aankloppen. Een arts-specialist is een expert in zijn vakgebied en zowel de diagnose als de behandeling kan zo complex zijn dat diens kennis door een zelfs belezen patiënt onmogelijk in te halen is.
Een arts kan echter wel trachten het gevoel van afhankelijkheid zo klein mogelijk te houden. Door zijn kennis zo toegankelijk mogelijk maken voor de patiënt. En ook door de ervaring en kennis van de patiënt in zich op te nemen door voldoende empathisch te luisteren. Patiënt en arts kunnen argumenten voor en tegen een behandeling uitwisselen en daardoor elkaars perspectief begrijpen en elkaar beïnvloeden. Patiënt en arts beslissen dan gezamenlijk. De keuze voor een behandeling kan op die manier zowel die zijn van de arts als van de patiënt, hetgeen de therapietrouw gunstig kan beïnvloeden en de kans op discussies achteraf kan verminderen. ‘Informed shared decision making’ is dat dan en het hele proces heet Patient Empowerment.
Dat veronderstelt een patiënt die de controle wil hebben en die controle ook kan bemeesteren. Niet alle patiënten willen dat en dat moeten we respecteren. Sommige patiënten willen wel, maar kunnen niet. Die moeten worden ondersteund om mee aan het stuur te zitten. In dat geval moet het initiatief bij de arts liggen. Die heeft immers het machtsoverwicht: de patiënt is meer afhankelijk van de arts dan omgekeerd, en kan daarenboven erg kwetsbaar zijn.
Wederzijds respect & evenwaardigheid
Daarom veronderstelt Patient Empowerment ook een andere attitude van de arts. Het feit dat die medisch de meerdere is van de patiënt betekent niet dat hij kan beslissen welk onderzoek of welke behandeling voor een patiënt aanvaardbaar is. Dat moet elke patiënt voor zichzelf uitmaken. Het is dus wenselijk dat artsen afleren het vanzelfsprekend te vinden om de volledige controle te bezitten. Patient Empowerment vraagt om een ander perspectief op de relatie patiënt-zorgverlener en vraagt van beiden een investering. Mensen, zo stelt de Amerikaanse socioloog Richard Sennett, moeten kunnen “deelnemen aan de voorwaarden van hun eigen afhankelijkheid”. In dat ene zinnetje schuilt de hele essentie van Patient Empowerment. Van ‘respect’ maakt dat meteen een wezenlijk kenmerk van de relatie patiënt-zorgverlener. Dat staat immers voor “gepaste achting voor de gevoelens en rechten van anderen”. Dat respect moet – uiteraard - wederzijds zijn. Patient Empowerment staat voor een proces waarbij een patiënt menswaardig wordt behandeld en zich daardoor een volwaardig mens blijft voelen. ‘Gelijkwaardigheid’ is een sleutelwoord.
De attitude is voelbaar in vele kleine dingen en niet enkel bij artsen. Hoe komt de arts-specialist of verpleegkundige een patiëntenkamer binnen: klopt hij of zij eerst? Hoe spreekt de zorgverlener de patiënt aan: ongevraagd met de voornaam? Hoe checkt de zorgverlener of de patiënt wel echt de essentie heeft begrepen: past hij de ‘teach back methode’ toe? Wie krijgt het meest aandacht van de arts: de patiënt of de computer? Excuseert de arts zich als de wachttijd uitloopt en legt hij uit hoe het komt of gedraagt hij zich alsof hij het normaal vindt dat een patiënt lang en deemoedig wacht? Moet een patiënt het stellen met een cryptische factuur of wordt hij op voorhand geïnformeerd wat een ingreep hem ongeveer zal kosten en waarom?
Deze vragen maken duidelijk dat Patient Empowerment niet enkel de verantwoordelijkheid is van patiënt en zorgverlener, maar ook van iedereen die in de zorgorganisatie werkzaam is én van de zorgorganisatie zelf. Overigens, ook het zorgsysteem zou mogen empoweren in plaats van het ondoorzichtig bureaucratisch doolhof te zijn dat het vandaag is en dat zowel de patiënt als de zorgverlener disempowert.
Om deze inzichten te bepleiten, werd onlangs de VZW Patient Empowerment opgericht waarvan de vier bestuurders een communicator, een patiënte, een verpleegkundige en een arts-specialist zijn. We hopen dat u zich vindt in onze inzichten en ze ondersteunt met uw lidmaatschap. Alle informatie leest u hier.
Het boek zelf kunt u hier bestellen.
Namens de VZW Patient Empowerment
Edgard Eeckman
Sebastiaan Engelborghs
Liesbeth Moortgat
Inge Vandelannoote