1 op 2 rusthuizen houdt niet bij wie hoeveel insuline krijgt

Slechts de helft van de woonzorgcentra registreert consequent elk insulinespuitje dat ze aan een bewoner met een variabel schema toedienen. Dat blijkt uit het inspectierapport over het medicatiebeleid in de woonzorgcentra, dat Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits (CD&V) opvroeg naar aanleiding van de insulinemoorden in een rusthuis in Oostrozebeke.

Dat schrijft Het Laatste Nieuws.

Uit de verslagen blijkt dat er bij 36% van alle gecontroleerde procedures rond veilig medicatiebeleid tekorten werden vastgesteld. Afzonderlijke verpleegkundigen die medicatie klaarzetten in woonzorgcentra moeten steeds hun handtekening zetten, zodat kan nagegaan worden door wie de medicatie is klaargezet. Maar in 23% van de woonzorgcentra was dat minstens één keer niet in orde op het moment van de controle. Waar 77% van de woonzorgcentra het klaarzetten van de medicatie consequent en foutloos registreerde, blijken ze wel lakser in het registreren van de toediening ervan. Daar doet nog 57% het consequent bij elke patiënt. 43% van de rusthuizen liet steken vallen. Ook werden in 31% van de woonzorgcentra medicatie of schadelijke verzorgingsproducten aangetroffen binnen het bereik van de bewoners.

"Een tekort op een van de stappen in het medicatieproces betekent nog niet dat het woonzorgcentrum een gevaarlijk medicatiebeleid heeft en dat we meteen moeten ingrijpen", benadrukt administrateur-generaal Dirk Dewolf van het Agentschap Zorg en Gezondheid.

Weliswaar ging bij zes van de inspecties Zorg en Gezondheid meteen na ontvangst van het inspectierapport over tot het aanmanen van de voorziening, verduidelijkt een persbericht van Crevits en vervangend minister Benjamin Dalle. Zo'n aanmaning betekent dat een woonzorgcentrum onder verhoogd toezicht komt te staan, met meer frequente inspecties als gevolg. Het is ook een laatste waarschuwing voor een woonzorgcentrum geschorst of gesloten wordt.

Als er bij de inspectie tekorten worden vastgesteld, moet het betrokken woonzorgcentrum een remediëringsplan opstellen. In opvolging van de 262 periodieke inspecties die de Zorginspectie tussen 1 oktober 2021 en 1 maart 2022 uitvoerde, ontving Zorg en Gezondheid al 166 remediëringsplannen. Voor de andere inspecties lopen de termijnen nog om een remediëring in te dienen. Bovenop de zes woonzorgcentra die meteen een aanmaning ontvingen, ontving een zevende er een nadat de remediëring onvoldoende bleek.

"Een woonzorgcentrum moet elke inspectie aangrijpen om na te gaan waar het zorgvuldiger kan zijn en voor welke veiligheidsstappen het nog meer oog moet hebben", zegt Dewolf. "Met de vaststellingen van de Zorginspectie kunnen ze daar zelf het initiatief toe nemen. Door hen een remediëringsplan op te leggen, verplichten we hen ook om die oefening telkens te maken."

Volgens minister Dalle heeft het medicatieproces de afgelopen jaren al een professionalisering gekend en is er nu een versterkte samenwerking met de apotheken. "Maar het proces verdient duidelijk nog meer aandacht. Om beter inzicht te geven, zal dergelijk rapport van Zorginspectie voortaan jaarlijks gepubliceerd worden. Het geeft de woonzorgcentra meer inzicht in de implementatie en opvolging van het medicatiebeleid. Daarnaast biedt deze jaarlijkse rapportage beleidsinformatie waarmee we vanuit de Vlaamse overheid voorzieningen gericht kunnen responsabiliseren en ondersteunen."

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.