Met de opmerkelijke uitspraak dat privacy vandaag misbruikt wordt als drogreden om vernieuwing tegen te houden, gooide APB-voorzitter Lieven Zwaenepoel een steen in de kikkerpoel. De incentive voor IT in de gezondheidszorg hoeft niet altijd financieel te zijn, aldus BeMedTech-directeur Richard Van den Broeck.
Hun uitspraken werden genoteerd op een debat over digitale innovatie, georganiseerd door BeMedTech, het vroegere Unamec. Volgens Zwaenepoel is de patiënt eigenaar van zijn (medische) gegevens en dus beslist die laatste wat ermee gebeurt. Hij ging nog een stuk verder: “Vandaag gebruiken we een massa gegevens niet die de wetenschap vooruit kunnen helpen. Dat staat gelijk met schuldig verzuim. Nu al zijn 3,5 miljoen Belgen bereid om hun gegevens te delen.”
Hij kreeg meteen weerwerk van het publiek dat opmerkte dat patiënten vandaag die gegevens niet via informed consent, maar via uninformed consent ter beschikking stellen, niet zelden onder sociale of administratieve druk. Privacy is geen vodje papier, was de toon. Zeer actueel overigens, nu staatssecretaris De Backer (Open VLD) het nieuws haalde met zijn voorstel om medische gegevens te verkopen aan de farma-industrie. Een boodschap die later genuanceerd werd.
Enkele dagen later maakte minister De Block gewoon brandhout van het voorstel van haar partijgenoot. In De Zevende dag liet ze noteren dat ze nooit zal toelaten dat patiëntengegevens verkocht worden aan de industrie, zelfs al vloeit dat geld terug naar de patiënt. "Hooguit kan er sprake zijn van gegevensuitwisseling om bijvoorbeeld de slechte respons van seropositieve patiënten om zidh te laten behandelen, op te schroeven."
De meeste huisartsen gebruiken software vrij slecht. (Jan Van Emelen)
Het artsenkorps kreeg dan weer een veeg uit de pan van de tweede spreker, dokter Jan Van Emelen, voorzitter van Macx (Mobile care for chronic disease(s)). Volgens hem gebruiken de meeste huisartsen software vrij slecht. Hij gaf wel aan dat dit niet helemaal aan de artsen zelf ligt omdat er geen businessmodel achter de integratie van die software zit.
Vanuit de zaal werd nog opgemerkt dat we nog heel wat weerstand vanuit de medische wereld mogen verwachten als artsen niet eens een beroep doen op nieuwe technologie om een diagnose te stellen: “De meeste artsen hebben of maken geen tijd om zich bij te scholen in die nieuwe technologie.”
De incentive voor IT in de gezondheidszorg hoeft niet altijd financieel te zijn. (Richard Van den Broeck)
Daarbij sloot BeMedTech-directeur Richard Van den Broeck zich aan: “We hebben een basisopleiding IT nodig voor healthcare professionals. Hun incentive hoeft niet enkel financieel te zijn, ze winnen er immers ook bij door een betere kwaliteit en meer patiëntentevredenheid.”
Van Emelen, zeer praktisch gericht, somde nog enkele quick wins op van de digitale revolutie: die vallen te rapen bij stroke, copd, nierdialyse thuis, hartfalen en chemotherapie thuis. Het komt er ook op aan om teleconsultatie qua terugbetaling gelijk te stellen met een klassieke consultatie.”
Unamec wordt BeMedTech
“De tijd is voorbij dat we wachtten op het perron op de trein en de nadien langs de spoorweg de bomen telden die we voorbijreden”, aldus Unamec-voorzitter Paul Soenen, (foto) die schetste hoe we met zijn allen op de sneltrein van digitale revolutie springen “waaraan zich steeds meer wagonnetjes vasthaken.” Een revolutie die zich niet alleen buiten, maar ook binnen Unamec voltrekt. Getuige daarvan de naamsverandering BeMedTech waaruit blijkt dat de federatie mee op de trein zit. BeMedTech pleit meer dan ooit voor een veilig raamwerk om innovatie terug te betalen zodat kwalitatief goede digitale diensten ter beschikking kunnen worden gesteld.
P.S.