Nog 8 tot 10 patiënten per dag overlijden aan ziekenhuisinfectie

Op de jongste wintermeeting geriatrie gaf dr. Boudewijn Catry van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) de laatste stand van zaken over ziekenhuisinfecties. Zijn kernboodschap in verband met antibioticagebruik: een hoge dosis, zo kort mogelijk, met een klein en regelmatig behandelingsinterval minimaliseert het resistentierisico op mutante kiemen.

Eerst het goede nieuws: resistentie wordt goed bestreden door minder antibiotica en betere handhygiëne en dat komt nu tot uiting. Bij MRSA (methicilline resistente Staphylococcus aureus) bijvoorbeeld is de verbetering het meest uitgesproken. MRSA daalt spectaculair sinds 2004. Toen waren er nog 4/1.000 opnames nosocomiaal, nu ongeveer 1/1.000. Minder positief is dat de MRSA-resistentie niet proportioneel mee daalt. Wel is de handhygiëne gevoelig verbeterd zodat heel wat van die nosocomiale transmissies worden vermeden.

Bekijk je de Gram-negatieve bacteriën, dan stuiten we op een veel erger verhaal”, aldus dr. Catry. “De stijging is hier onmiskenbaar. Waar de grote winst geboekt is met de Gram-positieve huidbacteriën, constateren we nu een groot verlies in de Gram-negatieve (ESBL, CPE) en Gram-positieve darmbacteriën. De vancomycine resistente enterokokken (VRE) behoren tot deze laatste groep en zijn toegenomen, aldus gegevens van WIV-collega Beatrice Jans.”

Cijfers

Voor de woonzorgcentra merken we voor MRSA tevens een gunstige trend, een daling van 19% in 2005 naar 12% in 2011. En ook de laatste cijfers van 2015 laten een daling zien volgens een recente studie, maar de exacte cijfers zijn  nog niet bekend.

Momenteel heeft 7,1% van alle opgenomen Belgische patiënten een ziekenhuisinfectie.  Daarmee zitten we boven het Europese gemiddelde (6.0%).

Dokter Catry preciseert: “Alleen voor Clostridium difficile beschikken we over betrouwbare recente cijfers rond mortaliteit: het aantal mensen dat eraan sterft, is afgenomen door een betere detectie, maar bedraagt nog steeds 3 tot 4%. Het gaat om minimaal 73 personen in 2014 als directe of indirecte overlijdensoorzaak. Voor alle andere (vaak tamelijk nieuwe resistente kiemen) bacteriën zijn geen precieze gegevens voorhanden: MRSA, VRE, CPE… plus alle postoperatieve wondinfecties. Men schat dat in totaal – afhankelijk van de schattingsmethode – tussen 8 à 10 patiënten per dag aan een ziekenhuisinfectie overlijden.”

Er is al veel verbetering geboekt rond de bekendste bacteriën, maar de darmbacteriën vergen nog meer aandacht. Boudewijn Catry besluit: “Er wordt relatief weinig aandacht besteed aan de "formulering" van richtlijnen voor een rationele antimicrobiële therapie, met uitzondering van de switch IV/PO.  Formuleringen van antimicrobiële stoffen kunnen lokaal (topisch) of systemisch zijn. Systemische concentraties van geneesmiddelen kunnen worden bereikt door middel van voornamelijk orale toedieningen of injectie. Antibiotica zijn ‘invasief’ voor het spijsverteringsstelsel en de gezonde balans van bacteriën hierin, ook en vooral wanneer ze oraal worden toegediend.”

Een korte hoge antibioticaduur is evidence-based voor urineweginfecties, gemeenschapsverworven pneumonia, bloedstroominfecties (SEP), enz. Nieuwe laboratoriumtechnieken, onder meer spectrometrie (MALDITOF) rationaliseren  het spectrum veel sneller dan conventionele technieken en kunnen ‘de-escalatie’ vermijden. Faecale transplantatie biedt mogelijkheden, maar een duurzame oplossing ligt in minder multi- en minder langdurige antibioticatoedieningen, gecombineerd met een betere hygiëne, concludeert het diensthoofd Zorginfecties & antibioticumresistentie van het WIV.

 

Meer info op de site van het WIV.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.