Wie deeltijds werkt, loopt niet minder risico op een burn-out. Dat stellen onderzoekers van de UGent. "De arbeidsorganisatie aanpakken werkt beter dan minder uren werken", klinkt het in De Standaard.
Onderzoekster Kristen du Bois ondervroeg 1.006 Vlamingen in 22 verschillende jobdomeinen over hun werksituatie en liet hen een wetenschappelijk gevalideerde burn-out assessment app invullen. Dat is een vragenlijst die goed kan inschatten hoe groot iemands risico op een burn-out is. Du Bois vergeleek de resultaten bij de duizend Vlamingen met hun werkregime en vond geen enkele correlatie. Deeltijdse werknemers scoorden op geen enkel kernsymptoom van burn-out lager dan hun voltijds werkende collega's.
"Wie deeltijds werkt, doet dat vaak omdat die een zware verantwoordelijkheid in het gezin heeft. Die hoge gezinseisen komen dan in de plaats van de wat lagere werkdruk", waardoor een deeltijdwerker globaal niet minder stress ervaart. "Een betere arbeidsorganisatie is vaak een doelmatigere manier om burn-outs aan te pakken dan minder uren gaan werken", betoogt de onderzoekster.
Volgens Du Bois is er steeds meer wetenschappelijke evidentie dat ook de privésfeer een rol speelt bij het ontwikkelen van een burn-out. Du Bois is nu bezig met vervolgonderzoek.