"Papieren medische dossiers bemoeilijken opvolging medicatie in WZC's" (enquête)

In 6 op de 10 woonzorgcentra werken artsen nog met papieren medische dossiers: “Maakt het moeilijk om medicatie, zoals antipsychotica, op te volgen.”  Maar In 65% van de WZC's werken huisartsen met medische dossiers op papier, wijst een online-bevraging van Domus Medica, het Agentschap Zorg en Gezondheid en Crataegus uit. Dat bemoeilijkt de opvolging.

Door de papieren dossiers is het voor artsen inderdaad moeilijker om de medicatie van verschillende bewoners in een woonzorgcentrum op te volgen. Gisteren bleek uit een reportage van “Pano” dat er te vaak antipsychotica worden voorgeschreven in woonzorgcentra, en dat die medicatie te weinig wordt opgevolgd. Het is wat al te makkelijk om de schuld daarvoor in de schoenen van de vele huisartsen te schuiven die hun patiënt in het WZC opvolgen. Ook de CRA kan onmogelijk al die - meestal papieren dossiers - coördineren.
 
Het personeelstekort in woonzorgcentra zorgt ervoor dat soms te snel naar antipsychotica wordt gegrepen, getuigden artsen en verpleegkundigen in “Pano”. En dat terwijl het Riziv net aangeeft dat “het gebruik van antipsychotica bij ouderen zeldzaam zou moeten zijn, omdat er te weinig bewijs is voor het gebruik bij personen met dementie.”  Aanbevelingen die onder meer het KCE al deed.

Meer handen aan het bed, het is een hartenkreet die al vaak is geuit vanuit de sector richting de Vlaamse regering (Hilde Crevits). Maar ook digitalisering kan het medicatiebeleid verbeteren, en daarmee wordt de bal teruggespeeld naar federaal waar minister Vandenbroucke verantwoordelijk is.

In 65%t van de woonzorgcentra worden medische dossiers nog op papier bijgehouden, blijkt uit een bevraging van Domus Medica, het Agentschap Zorg en Gezondheid en Crataegus. Maar medicatie opvolgen is in die papieren dossiers niet altijd even eenvoudig. 

De systemen van de WZC's zijn namelijk niet afgestemd op die van de huisartsen. “Het is dus niet mogelijk om digitaal informatie uit te wisselen rond een patiënt”, getuigde huisarts Katrien Cordemans, die coördinerend arts (CRA) is een woonzorgcentrum, “tenzij je dat allemaal nog eens overneemt in je eigen praktijk in het elektronisch dossier.” Dubbel werk, dus. “Dat is eigenlijk een ongelooflijke discriminatie, als je weet wat er digitaal nu al mogelijk is voor ambulante patiënten”, zegt Cordemans. 
 
Ook de sector ondersteunt die vraag naar digitalisering. “De sleutel ligt daar in handen van de federale regering, om ervoor te zorgen dat die verschillende dossiers - in het rusthuis, bij de huisarts, maar ook in de ziekenhuizen - digitaal met elkaar kunnen communiceren”, zegt Johan Staes van VLOZO, de private en onafhankelijke WZC's.
  
Dat er vandaag zelden een digitaal medisch dossier bestaat in woonzorgcentra, is vooral een probleem voor de coördinerende arts (CRA) die elk woonzorgcentrum heeft. De CRA moet het medicatiebeleid van een woonzorgcentrum uitstippelen, maar krijgt zo moeilijker zicht op alle dossiers. Er is bijvoorbeeld geen overzicht per woonzorgcentrum over het gebruik van antipsychotica. Bovendien vragen verschillende van die coördinerende artsen om een groter mandaat. 

Daarnaast speelt de bevoegdheid van de CRA een rol. “Als CRA heb je wel verantwoordelijkheid, maar heb je geen mandaat. Als iemand zegt: ik doe daar niet aan mee, dan kan ik hen niet verplichten.” Ook Jan De Lepeleire, professor huisartsgeneeskunde en lange tijd zelf CRA, steunt die vraag: “We vragen heel concreet dat de CRA duidelijk kan aangeven wat wel en niet mag worden voorgeschreven.” Momenteel is de CRA dus eerder een scheidsrechter zonder fluitje.
 
Ook Zorgnet-Icuro, de grootste koepel van woonzorgcentra, wil het mandaat van de coördinerende arts uitbreiden. Daarnaast pleit de koepel vooral voor "minder huisartsen" in de woonzorgcentra. Maar niet iedereen in de sector zit daar op die lijn want uiteindelijk moet je de vrijheid van de patiënt om zijn eigen arts te kiezen, respecteren.

VLOZO wil eerder ook een apotheker mee het medicatiebeleid laten controleren, iets waar Zorgnet-Icuro ook voor pleit. In het woonzorgdecreet van 2019 werden deze “coördinerende adviserende apothekers” (CAA) al vermeld, maar in de praktijk kwam het systeem nog niet van de grond. Een maatregel overigens die niet bij alle huisartsen in goede aarde valt.

De Vlaamse overheid biedt vandaag - vrijwillig- al een zogenoemd “begeleidingstraject” aan om het gebruik van medicatie in woonzorgcentra te verlagen, maar de respons is beperkt. Van alle 826 woonzorgcentra zijn er vandaag 6 die zo’n traject hebben afgerond, in 38 woonzorgcentra werken ze eraan. Het project wordt nu verlengd tot 2028, wat ook betekent dat WZC's zich hiervoor opnieuw kunnen inschrijven.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.

Laatste reacties

  • Andreas VERLEYSEN

    20 oktober 2022

    het is alweer alle WZC's over dezelfde kam scheren . Het is alweer met statistieken goochelen en de mensen achter de cijfers :? Vaak lijden mensen aan psychosen in hun dementie proces en is hun leven daardoor één jammerkreet : hen daarbij helpen is good practice. Ik ben CRA en kom in meerdere WZC's : de toestanden die kijkcijfers opleveren zijn niet de regel , maar een triest falen in lokale situaties. Aan zulke populistische sfeermaking beleidsbeslissingen koppelen is alles behalve evidence based!
    dr Andreas Verleysen , 40jaar huisarts ,25 jaar CRA