De gemiddelde verblijfsduur in een algemeen ziekenhuis steeg van 7,56 dagen in2016 tot 7,94 dagen in 2020. Dat blijkt uit cijfers die minister Vandenbroucke (Vooruit) bekendmaakte in antwoord op een vraag van kamerlid Nawal Farih (CD&V).
In vergelijking met 2016 lag de gemiddelde verblijfsduur in een AZ in 2020 bijna een halve dag hoger: 7,56 in 2016 tegenover 7,94 in 2020. De stijging is opvallend omdat in 2017 (7,41 dagen) en 2018 (7,31 dagen) een daling werd vastgesteld. De kering kwam er in 2019 met een stijging tot 7,62 dagen. De mediane duur bleef wel stabiel op drie dagen.
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest staat met een gemiddelde verblijfsduur van 8,64 dagen duidelijk op de eerste plaats, gevolgd door Henegouwen (7,93) en Luik (7,88). De eerste Vlaamse provincie is West-Vlaanderen met een gemiddelde verblijfsduur van 7,78 dagen. De kortste verblijfsduur wordt opgetekend in Waals-Brabant (6,28) en Limburg (6,68).
Psychiatrie versus pediatrie
Er zijn uiteraard grote verschillen tussen de diverse ziekenhuisafdelingen. De afdeling met de langste gemiddelde verblijfsduur is de psychiatrische afdeling. Een patiënt blijft daar gemiddeld 83,53 dagen, met een mediaan van 50. Op verre afstand volgen de dienst voor de behandeling van tbc (43,58 dagen) en nachtverpleging in een K-dienst. De kortste verblijfsduur wordt genoteerd bij de afdeling kindergeneeskunde (3,15 dagen), terwijl ook op de kraamafdeling de gemiddelde verblijfsduur minder dan vier dagen is (3,94). Het zijn de enige twee diensten waar die limiet wordt gehaald.
De gemiddelde verblijfsduur stijgt vanaf de leeftijdscategorie van 25 tot 34 jaar naargelang de leeftijd van de patiënt toeneemt. Bij de 25- tot 34-jarigen is de gemiddelde verblijfsduur 4,28 dagen, bij de groep van 55 tot 64 jaar loopt dat op tot 6,78 dagen, bij de groep tussen 65 en 74 jaar tot 8,27 dagen. 70-plussers verblijven bij een opname gemiddeld 12,12 dagen in een algemeen ziekenhuis. Kinderen jonger dan 18 jaar (4,58 dagen) en jongeren tussen 18 en 24 jaar (4,31) hebben gemiddeld een net iets hogere verblijfsduur dan de leeftijdscategorie net na hen.
Stijgende kostprijs
Aan de stijgende verblijfsduur is ook een stijgend kostenplaatje verbonden. De gemiddelde kostprijs voor een klassieke opname in een AZ bedroeg in 2016 2.161,49 euro. In 2020 was dat gestegen tot 2.360,92 euro.
Wanneer we kijken naar de gemiddelde kostprijs per provincie, is die het hoogst in Vlaams-Brabant (2.647,52 euro) en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (2.514,98 euro). Zij schieten er echt wel uit want de nummer drie – Luik – klopt af op 2.196,17 euro. De goedkoopste provincie is Waals-Brabant (1.818,93 euro).
Opgesplitst per leeftijdsgroep neemt de prijs toe van -18-jarigen (1.383,60 euro) tot de groep tussen 65 en 74 jaar (2.770,53 euro). Voor de 75-plussers ligt de prijs iets lager (2.679,36 euro).
“Kan een verdere digitalisering van de gezondheidszorg bijdragen tot een vermindering van de gemiddelde ligduur?”, wilde Nawal Farih nog weten. De afgelopen twee jaar is duidelijk gebleken dat digitale gezondheidszorg (teleconsultaties, telemonitoring) een belangrijke aanvulling kan zijn op de klassieke zorg. “Maar fysiek contact met menselijke interactie blijft wel de hoeksteen van de geneeskundige zorg”, zegt de minister. “In de juiste omstandigheden kan digitale gezondheidszorg een meerwaarde bieden. Naast teleconsulataties wordt ook onderzocht hoe andere verstrekkingen zoals tele-expertise en telemonitoring verder kunnen worden geïmplementeerd. Digitale gezondheidzorg kan in bepaalde behandeltrajecten en zorgprocessen sommige fysieke gezondheidszorg aanvullen of vervangen. Dat is ongetwijfeld ook het geval voor daghospitalisaties en ziekenhuisopnames.”