Verplichte conventionering radiologen? No way (Bvas)

In een reactie op de 'oorlogstaal' van minister Vandenbroucke ('minstens één betaalbare radioloog in elk ziekenhuis' en andere citaten in de algemene pers)  zetten de Bvas, de Belgische Beroepsvereniging van Artsen-Specialisten in de nucleaire geneeskunde en de Belgian Society of Radiology enkele zaken op een rij.

"We begrijpen de bezorgdheden van de minister, maar kunnen niet akkoord gaan met de voorgestelde oplossing, zoals een verplichte conventionering."

Diverse maatregelen werden al genomen in de ziekenhuizen voor mensen die het moeilijk hebben, luidt het.

- in vele ziekenhuizen worden de ”zwakkere” patiënten (tot meer dan één derde van het totaal aantal patiënten) reeds beschermd: o.a. oncologische patiënten, patiënten met het statuut ‘chronische aandoening’ (patiënten met zeldzame ziekte of weesziekte), patiënten met verhoogde tegemoetkoming (leefloon, inkomensgarantie voor ouderen, handicap, weeskinderen enz.).

- in vele ziekenhuizen worden reeds slots voorzien voor patiënten die een onderzoek tegen conventietarief willen, ongeacht de conventiestatus van de arts.

In het nationaal akkoord artsen-ziekenfondsen 2022-2023 is afgesproken dat betaalbare zorg voor de patiënt mogelijk moet zijn (1).

Het “gedwongen” werken tegen conventietarieven gaat echter in tegen het nationaal akkoord artsen-ziekenfondsen. In het akkoord staat immers duidelijk dat de discussie over ambulante supplementen parallel moet verlopen met de uitvoering van de nieuwe nomenclatuurhervorming en van de bepalingen van artikel 155, § 3, van de ziekenhuiswet.

Wij wensen hieraan mee te werken, maar tot op vandaag zijn er nog grote onduidelijkheden over de medische kosten, de afdrachten van de zware medische beeldvormingsonderzoeken enz.

Geen eenzijdige communicatie

In plaats van eenzijdige communicatie te voeren in de media, roepen wij de minister op om via constructief overleg tot oplossingen op korte en lange termijn te komen voor de patiënten, de ziekenhuizen en de artsen.

Scans om “lucratieve redenen”, tot 50% meer dan het Europese gemiddelde 

- België is géén outlier voor “radiologieverbruik” in vergelijking met de West-Europese landen. In België werden in 2018 gemiddeld 95 MRI-onderzoeken/1000 inwoners uitgevoerd ten opzichte van het “EU-gemiddelde” van 67 onderzoeken/1000 inwoners (OESO-cijfers), en minder dan andere West-Europese landen, zoals Duitsland (149 MRI-onderzoeken/1000 inwoners), Oostenrijk (141/1000) en Frankrijk (120/1000).

Dit is meer dan de Oost-Europese landen, zoals Albanië en Roemenië (11 MRI-onderzoeken/1000 inwoners), Servië en Bulgarije (13/1000) en Polen (37/1000), maar willen we onze gezondheidszorg met deze landen vergelijken?

- Elk niet-geïndiceerd CT-onderzoek moet vermeden worden. Daarom werken de Belgische Vereniging voor Radiologie en de BVAS al sinds 2015 mee aan de implementatie van beslissingsondersteuning (clinical decision support) voor de voorschrijver om de vermeende overconsumptie aan te pakken. Dit door het Riziv geleide project heeft aanzienlijke vertragingen opgelopen buiten de wil van de betrokken beroepsorganisaties om.

- De evolutie van het aantal beeldvormingsonderzoeken vertoont bovendien een rechtstreekse correlatie met het aantal uitgevoerde consultaties in België.

- Doelbewust onderzoeken uitvoeren zonder voorafgaande klinische problematiek en diagnostische vraagstelling (+ onzekere therapie) behoort niet tot onze medische opleiding. Het tegendeel is waar. Radiologen ondervinden problemen (al dan niet medicolegaal) als ze weigeren een onderzoek uit te voeren.

Vergoeding op basis van gemiddeld aantal scans 

- De opmerkingen van de minister doen vragen rijzen over de toegankelijkheid van onze gezondheidszorg. De overlevingskansen na diagnose van veel voorkomende kankers zijn in België de afgelopen 10 jaar toegenomen dankzij snellere diagnoses met beeldvorming. Wil de minister meer wachtlijsten creëren door een maximum aantal onderzoeken per 1.000 inwoners op te leggen, en bijgevolg ook de overlevingskansen van onze Belgische bevolking te verminderen?

- Door de technologische/wetenschappelijke vooruitgang en een betere beeldkwaliteit nemen de indicatiestellingen voor CT en PET-CT toe: tumorbehandelingen, cardiovasculaire pathologie, trauma- en spoedgevallengeneeskunde, enz.

Zo is complexe herhaalde onco-CT en PET-CT beeldvorming (na 6 weken, 12 weken, 6 maanden, 12 maanden,...) een vereiste voor de terugbetaling van nieuwe dure chemo- en immuuntherapieën. De “non-responders” op basis van CT- en PET-CT onderzoeken worden al in mindering gebracht op de uitgaven bij de budgetbepaling van dure immuno- en chemotherapie (meer dan 1 miljard euro). CT- en PET-CT-beeldvorming hebben hier een groot besparend effect in de geneesmiddelensector, mits meeruitgaven in het radiologiebudget.

- De vergelijking met Nederland, het zogenaamd leidende land, stoot telkens weer tegen de borst. De minder goede toegankelijkheid van de gezondheidszorg in Nederland heeft een zware impact, zoals blijkt uit de OESO-cijfers van 2017.

In België heeft een vrouw met borstkanker in een gevorderd stadium 10% meer overlevingskans dan een vrouw in Nederland. Ook voor overlevingskansen bij het opsporen van borstkanker, darmkanker en longkanker doet België het veel beter dan Nederland.

Overigens bedragen volgens diezelfde OESO-cijfers van 2017 (gecorrigeerd voor koopkrachtverschillen) de gezondheidsuitgaven per inwoner in Nederland € 3.791 tegenover € 3.554 in België.

Beide verenigingen willen tot slot de minister herinneren aan de volgende punten:

- Verschillende radiologische diensten rekenen nog steeds de (geïndexeerde) oude MRI-tarieven aan die van toepassing waren vóór de tariefvermindering van de MRI-onderzoeken op 01.07.2005, die door een unilaterale beslissing van toenmalig minister Rudy Demotte werd doorgevoerd.

- Supplementen worden ook aangerekend om talrijke onderbetaalde complexe MR-en CT-onderzoeken, en de onderfinanciering van de interventionele radiologie te compenseren.

Via belangrijke afdrachten komen deze supplementen ook ten goede aan de ziekenhuizen om de werking van de radiologiediensten en de ziekenhuizen in stand te houden, besljuiten dr. Johan Blanckaert, voorzitter Belgische Vereniging van Artsensyndicaten (Bvas), dr. Gerard Moulin-Romsee, voorzitter Belgische Beroepsvereniging van Artsen-Specialisten in de nucleaire geneeskunde en dr. Piet Vanhoenacker, voorzitter Belgische Vereniging voor Radiologie (BVR)

(1)  “3.5.5. De NCAZ heeft vastgesteld dat in sommige ziekenhuizen bepaalde radiologische onderzoeken niet meer tegen conventietarieven worden aangeboden. De NCAZ is van oordeel dat het principe waarbij zorg voor opgenomen patiënten verplichtend moet kunnen worden aangeboden tegen conventietarieven in de ziekenhuizen, ook moet gelden voor de ambulante onderzoeken die enkel in het ziekenhuis kunnen worden verricht. Hierbij moet een parallelisme worden verzekerd met de uitvoering van punt 3.4.8.”

(2) “3.4.8. De NCAZ dringt erop aan dat de regering in de loop van 2022 uitvoering geeft aan de bepalingen van artikel 155, § 3, van de ziekenhuiswet.”

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.

Laatste reacties

  • Willy Renier

    23 september 2022

    waarom kunnen in sommige ziekenhuizen radiologen wel geconventioneerd werken? zij zien er toch ook niet uit als armoezaaiers?
    hou op met die valse discussie, en geef toe dat het gaat puur om (meer) geld verdienen, terwijl het meeste radiologisch onderzoek wordt gedaan door laborantes/verpleegkundigen en assistenten in opleiding; de patiënt ziet zelden een radioloog, maar wel een factuur.