Acht zorgorganisaties bundelen hun krachten in de vzw Federated Health Innovation Netwerk (FIHN). Doel is om eenvoudiger data te laten samenwerken en zo de zorg te optimaliseren. Het gaat om AZ Delta, AZ Klina, CHU Liège, Imelda, UZA, UZ Brussel, UZ Gent en ZOL.
AZ Delta, AZ Klina, CHU Liège, Imelda, UZA, UZ Brussel, UZ Gent en ZOL zullen hun data nauwer laten samenwerken. Deze acht zorgpartners tekenden eind 2024 de oprichtingsakte van de vzw Federated Health Innovation Netwerk (FHIN).
“Datagestuurde zorg is al enkele jaren in opmars. Door patiëntgegevens, zoals de medische geschiedenis en behandelingen, te verzamelen en te analyseren, kunnen zorgverleners betere beslissingen nemen en de zorg personaliseren”, klinkt het. Het doel is vooral om behandelingen te personaliseren, ziekten vroegtijdig te kunnen opsporen, en meer preventief te werken. Op die manier trachten de zorgorganisaties de zorg tout court te optimaliseren.
Technische en juridische ondersteuning
FHIN is er om samenwerking te ondersteunen en te faciliteren. Het netwerk zorgt voor technische en juridische ondersteuning bij dataverwerking. “We hopen dit netwerk in de toekomst verder uit te breiden. Datagestuurde zorg is de uitdaging van de toekomst. Hoe meer we kunnen samenwerken rond data, hoe beter we inspelen op de uitdagingen in de zorg”, zegt prof. dr. Peter De Jaeger, directeur IT, data en innovatie bij AZ Delta.
In het raam van het project ‘Data Capibilities’ stelde de FOD Volksgezondheid 1 miljoen euro ter beschikking van het FHIN-netwerk, dat door AZ Delta wordt geleid.
Bij de opening van RADar, het innovatie- en leercentrum van AZ Delta, probeerden experts ruim twee jaar geleden al een licht te werpen op wat Artificiële Intelligentie kan betekenen voor de geneeskunde. Engineer meets Physician was het credo waarmee RADar geopend werd en dus kwamen vooral de ingenieur en de arts aan het woord in het openingsdebat.
Duizend-dimensioneel
Innovatiehoofd en ingenieur Peter De Jaeger legde het enorme potentieel van AI beeldend uit: “Wij als mensen zijn opgevoed om te denken in drie dimensies. Een echt dataprobleem kan AI misschien duizend-dimensioneel bekijken, weliswaar alleen gericht op een heel specifieke vraag. Die toegevoegde waarde betekent dat een arts meer data zichtbaar krijgt en zo sneller ziekten opspoort. Nu al bestaan AI-modellen die in ECG’tjes kunnen aantonen dat een hartpatiënt voorkamerfibrillatie had die voor ons, mensen, niet te zien is. Deze modellen zullen meer en meer voorspellend worden.”