Het goede nieuws kwam De Specialist zopas ter ore: er is een oplossing in de maak voor het geschil tussen de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) en het Ziekenhuis Oost-Limburg (ZOL). De zaak is een precedent voor heel wat andere instellingen en artsenassociaties.
Erwin Bormans, CEO van het ZOL, bevestigt dat er een oplossing in de maak is en dat de laatste details geregeld worden. "Om de gevoeligheden in dit dossier niet in gevaar te brengen, onthouden we ons van commentaar."
Jurgen Ritzen, communicatieverantwoordelijke van het ZOL, signaleert dat er als het dossier helemaal rond is - wellicht volgende week - een persmoment gepland staat om alles toe te lichten.
De zaak deed vorig jaar veel stof opwaaien omdat ze een bom legde onder het voortbestaan van dit en andere ziekenhuisinstellingen. Maar nu is er dus uitzicht om uit de impasse te geraken. Dat was nodig, want er bleek enige tijdsdruk mee gemoeid. Zo hing het ziekenhuis een schadeclaim boven het hoofd van om en bij de 100 miljoen. Bovendien werd door de schadeclaim een mechanisme opgestart dat ook de jaren nadien nog enorme vorderingen kon opleveren. Die dreiging hing het ziekenhuis als een Zwaard van Damocles boven het hoofd. Zonder oplossing betekende dat niet meer of niet minder dan het bankroet.
Transparantie
Twistpunt bleek vooral de manier waarop loonfiches voor artsenassociaties worden uitgeschreven. De fiscale fiches werden opgesteld voor het bedrag dat vanuit het ziekenhuis naar de artsenassociaties vloeit, niet naar de individuele artsen. Een probleem in die zin dat het ziekenhuis niet op de hoogte was van de verdere onderverdeling tussen de artsen onderling: die inkomsten werden door de associatie zelf gepoold. Op zijn beurt maakte elke individuele arts nog eigen kostenberekeningen om in te brengen voor de associatie. Komt immers nog bij dat binnen de associatie ook afspraken bestaan voor uitbetaling van personeel en dergelijke. De fiscus kreeg daar geen duidelijk zicht op.
De weg naar een oplossing werd blijkbaar ook geëffend na ‘voortschrijdend inzicht’ bij de BBI. De inspectie had namelijk ook controles uitgevoerd bij andere ziekenhuisinstellingen en de nodige expertise terzake vergaard (onder meer bij de vzw Emmaüs). Het ZOL zou geen alleenstaand geval zijn.
In deze troebele tijden waarin het falen van sommige ziekenhuizen helemaal niet zo onrealistisch hoeft te zijn als vroeger verondersteld, komt die boodschap geen dag te vroeg. Zeker omdat er heel wat tewerkstelling mee gemoeid is. Het ZOL alleen al stelt ruim 3.500 mensen direct te werk (inclusief de bijna 300 artsen) en zorgt daarnaast nog voor een pak indirecte tewerkstelling. Samen met het Jessaziekenhuis Hasselt is het de grootste werkgever in Limburg na de sluiting van de Ford-site. Bovendien wonen alle werknemers in de onmiddellijke omgeving. Een slechte regeling kon dus aanleiding geven tot een nieuw sociaal kerkhof.
Lees ook: Limburgse-fiscus-legt-bom-onder-ziekenhuisfinanciering