Een spuit oxytocine lag aan de basis van de onopzettelijke doding van een baby tijdens een bevalling.
Een 52-jarige gynaecologe uit Oudenburg werd door de Brugse correctionele rechtbank veroordeeld tot acht maanden gevangenisstraf met uitstel. En dat voor de onopzettelijke doding tijdens een bevalling in 2010. Baby N. liep een zwaar hersenletsel op en stierf enkele dagen later. Een spuit met oxytocine In het Oostendse Henri Serruysziekenhuis was de boosdoener. Onmiddellijk na de geboorte werd het kind voor reanimatie overgebracht naar de intensive care. N. stierf uiteindelijk op 9 oktober in het AZ Sint-Jan in Brugge.
De aanklacht werd al eerder geschetst, samen met de aanleiding.
Voor de ouders van baby N. staat het vast dat de beklaagde een ernstige fout heeft gemaakt. Ze kunnen vooral niet verkroppen dat ze na bijna acht jaar nog steeds niet precies weten waarom hun kindje is gestorven. "Onderzoek van de placenta had kunnen helpen, maar die was doodleuk in de vuilnisbak gegooid door een stagiaire", pleitte hun advocaat Antoon Coucke. De moeder van N. stak haar ongenoegen over de werkwijze van de gynaecologe niet onder stoelen of banken. "Waarom moest er zo'n zware medicatie toegediend worden? Niemand heeft ons geïnformeerd. De dokter heeft zelfs niet verteld over die hartstilstand."
Medisch dossier
Uiteindelijk ontdekte de vader van de baby in het medisch dossier dat de problemen onmiddellijk na de spuit met oxytocine begonnen waren. Twee colleges van telkens drie deskundigen kwamen ondertussen tot de conclusie dat de arts inderdaad onvoorzichtig was door oxytocine in een spier te spuiten, in plaats van het via een ader toe te dienen. Bovendien werden de harttonen van de foetus niet voortdurend in de gaten gehouden. Een dergelijke machine was in het ziekenhuis trouwens ook helemaal niet voorhanden.
"Het is tijd dat de beklaagde haar verantwoordelijkheid opneemt voor de ongelukkige medische fouten die ze gemaakt heeft", aldus procureur Fauve Nowé. In theorie riskeerde V.D. tot twee jaar cel voor onopzettelijke doding. De verdediging vroeg ondergeschikt om geen bestraffing meer op te leggen.
Vraagtekens
De verdediging plaatste vraagtekens bij de stelling van de deskundigen. Na de spuit met oxytocine werden de harttonen van de baby immers nog gecontroleerd. "En die waren goed, wat een probleem is voor de redenering van de deskundigen", aldus meester Rudi Vermeiren. Volgens de advocaat kon het hersenletsel dus ook veroorzaakt zijn door een virale infectie. Meester Vermeiren pleitte dat er minstens twijfel bestond en vroeg tevergeefs de vrijspraak.
Daarnaast werd ook opgeworpen dat het slachtoffer eigenlijk niet stierf door toedoen van de beklaagde. De ouders en de behandelende artsen van AZ Sint-Jan beslisten immers na enkele dagen zelf dat het kind geen menswaardig leven zou kunnen leiden. N. zou sowieso gekampt hebben met epilepsie en een geestelijke achterstand. Bovendien had de jongen altijd sondevoeding moeten krijgen en had hij zijn ledematen nooit kunnen gebruiken.
Oneerlijk
Ten slotte kwam de gynaecologe zelf aan het woord. "Die techniek met oxytocine werd vaak gebruikt. Het was ook nodig, want de arbeid verliep niet vlot", verdedigde de ze zich. Met het hartje van het slachtoffer was tijdens de bevalling ook alles in orde volgens de beklaagde. "Ik heb dus zelf tijdens de bevalling ook nooit geweten dat er een probleem was. Het is oneerlijk dat alles op mij gestoken wordt, terwijl er andere oorzaken mogelijk zijn."
De rechter oordeelde dat de gynaecologe wel degelijk verantwoordelijk was voor het overlijden van de baby. V.D. werd veroordeeld tot acht maanden gevangenisstraf met uitstel en een effectieve geldboete van 4.125 euro. De ouders van het slachtoffer kregen elk een schadevergoeding van 8.667 euro toegewezen. Aan de zus van baby N. moet de beklaagde 1.000 euro betalen.