Instellingen voor hoger onderwijs moeten de bestrijding van gendergerelateerd en seksueel geweld tot een prioriteit maken, niet alleen in woorden, maar ook in daden. Dat eisen de academici en Petra Meier (UAntwerpen), Françoise Tulkens (UCLouvain), Olivier De Schutter (UCLouvain), Bruno Humbeeck (UMons), Laurence Rosier (ULB) en Vanessa De Greef (ULB) in een open brief.
Die brief is door meer dan 120 andere medewerkers van Nederlandstalige en Franstalige universiteiten en hogescholen ondertekend.
Pornografische nepvideo's die circuleren waarin een vrouwelijke autoriteit onbeschoft in beeld wordt gebracht, een vrouwelijk personeelslid van de universiteit die onder druk wordt gezet om ontslag te nemen om niet nog meer intimidatie van haar hiërarchisch overste te moeten ondergaan, terwijl de instelling geen bevredigend antwoord op haar klachten kan formuleren... Deze voorbeelden tonen volgens de ondertekenaars aan dat er nood is aan actie.
"Hoewel bijna iedereen het er vandaag over eens is dat seksistisch en seksueel geweld aan de kaak moet worden gesteld, blijft het moeilijk om de onderliggende oorzaak ervan, ordinair seksisme, aan te pakken", klinkt het. "Mensen zijn vandaag wel verontwaardigd over een hand op de billen, maar ongepaste opmerkingen over een outfit of over iemands uiterlijk worden nog steeds gebanaliseerd. En banaliseren betekent ontkennen."
Schijnbaar onschuldige opmerkingen zijn in feite seksistisch en seksueel intimiderend en hebben aanzienlijke gevolgen voor de geestelijke gezondheid van de betrokkenen, meestal vrouwen, aldus de ondertekenaars. Zij wijzen erop dat dat kan leiden tot onder meer angst, depressie en vroegtijdig schoolverlaten.
Slachtoffers en getuigen hebben soms de feiten verdrongen of zijn bang voor represailles als ze problemen melden. "Vijf jaar na #Me Too is seksuele intimidatie nog steeds de schuld van het slachtoffer", klinkt het in de brief.
Ideeën ter bestrijding
De ondertekenaars brengen in hun brief enkele ideeën aan hoe de instellingen het gendergerelateerd en seksueel geweld kunnen bestrijden. Ze stellen voor het wettelijk kader te versterken, maar roepen de instellingen ook op om niet enkel in woorden op te treden, maar ook in daden.
"De hele universitaire gemeenschap (en niet enkel de vertrouwenspersonen die binnen de instellingen zijn aangesteld en de autoriteiten) zou een opleiding moeten krijgen over het continuüm van geweld en het aandeel van ordinair seksisme daarin", aldus nog in de brief. Ook moeten slachtoffers en getuigen beschermd worden tegen "elke vorm van vergelding of intimidatie".
Tot slot roepen de ondertekenaars de instellingen voor hoger onderwijs op om samen te werken met de onafhankelijke antidiscriminatie-instanties UNIA en het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen, vooral rond eventuele tuchtprocedures die tegen de betrokken personeelsleden kunnen worden ingesteld